De Bijbel is het heilige boek van het christendom. Het is een van de invloedrijkste boeken ter wereld, het meest verspreide boek ooit[1][2][3] en het eerste boek dat werd vervaardigd met de boekdrukkunst.
De Bijbel bestaat uit twee delen: het Oude Testament en het Nieuwe Testament. Deze zijn samengesteld uit theologisch bedoelde verhalen, hymnen, allegorische erotica, parabelen en didactische brieven. Ze werden geschreven of definitief gemaakt in bijna 1.000 jaar tussen de 8e eeuw v.Chr. tot rond het einde van de 1e eeuw. Sommige tekstdelen van het Oude Testament zijn ouder, maar we weten niet precies hoe oud.
Het Oude Testament begint met de schepping van de aarde en de mens door God. Op het verhaal waarin de mens in het paradijs verviel tot zonde, volgt een lange serie verhalen die vooral gaan over de Israëlieten als Gods volk. In het Nieuwe Testament staat de komst van Jezus centraal. Zijn dood en opstanding leidt tot het herstel van de verstoorde relatie tussen God en de mens. Zijn volgelingen zullen het Koninkrijk van God beërven.