Een carpofoor (Oudgriekskarpophoros, vruchtdragend) of het carpopodium, de vruchtdrager of vruchthouder genoemd is botanisch gezien een steel of een verlenging tussen de bloembodem en de stempel, waardoor het vruchtbeginsel of de vrucht een langere steel heeft in vergelijking met een die alleen een bloemsteel heeft. De grens tussen de bloemsteel en de verlenging is de inplantingsplaats van de bloemonderdelen.[2][3][4]
↑Bruce G. Baldwin, Douglas H. Goldman u. a.: The Jepson Manual: Vascular Plants of California. Second Edition, University of California Press, 2012, ISBN 978-0-5202-5312-4, S. 28.
↑Eckehart J. Jäger (Hrsg.): Rothmaler - Exkursionsflora von Deutschland. 21. Auflage, Springer, 2016, ISBN 978-3-662-49708-1, S. 881.
↑H. Brücher: Tropische Nutzpflanzen. Springer, 1977, ISBN 978-3-662-13238-8 (Reprint), S. 159.