China

Dit artikel beschrijft het historische en geografische China. Zie ook Volksrepubliek China voor de huidige staat op het Chinese vasteland en Taiwan voor de zogeheten Republiek China. Zie China (doorverwijspagina) voor andere betekenissen.
China
China
Chinese Muur
Naam (taalvarianten)
Vereenvoudigd 中国
Traditioneel 中國
Pinyin Zhōngguó
Wade-Giles Chung1 kuo2
Jyutping (Standaardkantonees) zung1 gwok3
Engels China
Standaardkantonees Chóng Kwôk
Yale (Standaardkantonees) jung1 gwok3
Weitouhua zung1 gwok2
Dapenghua Chong Kwôk
Hongkong-Hakka zung1 get5
Meixianhua zhung1 gwet7
Taiwan-Hakka Chûng-koet
Peng'im (Chaozhouhua) dong1 gok4
Minnanyu Tiong-kok
Mindong Dṳ̆ng-guók
Shanghainees [ʦuŋ koʔ]
Letterlijke vertaling land in het midden (van de wereld)

China is een groot land met een zeer lange geschiedenis, een oude beschaving en cultuur in Oost-Azië. Het hart van China beslaat het vruchtbare gebied tussen de Stille Oceaan ten oosten, de tropische gebieden van Zuidoost-Azië ten zuiden, en de grote gebergtegordels, steppen, taiga en woestijnen van Centraal-Azië en Siberië ten westen en noorden.

Chinezen wonen verspreid over alle delen van de wereld. Ongeveer 1,4 miljard van hen leven in de Volksrepubliek China, dat daarmee qua inwoners het grootste land ter wereld is. De meesten van hen leven in het oosten van het land, in een groot aantal miljoenensteden en op dichtbevolkt platteland. Andere belangrijke populaties Chinezen bevinden zich in Taiwan, Singapore en andere gebieden in Zuidoost-Azië, evenals minderheden in andere Aziatische en westerse landen, sommigen in zogenaamde Chinatowns, stadswijken waar veel Chinese migranten samenwonen.

Gedurende de geschiedenis waren afstanden tot andere delen van Azië en Europa te groot voor grootschalige uitwisseling van ideeën en kennis. China heeft daardoor een unieke eigen beschaving die op een verschillende wijze dan die van het westen ontwikkelde, maar wel in reactie op universele problemen. Vanaf de 5e eeuw v.Chr. ontwikkelde China een eigen filosofie. Het gedachtegoed van Confucius speelt hierin een belangrijke rol. De vervulling van sociale plichten, een duidelijke sociale hiërarchie en handhaving van de maatschappelijke orde, maar ook zelfontplooiing, educatie en pacifisme staan centraal in de Chinese filosofie.

Het hartland van China werd evenwel pas in de 3e eeuw v.Chr. voor het eerst staatkundig verenigd onder de Qin-dynastie. De verdere geschiedenis kenmerkt zich door een afwisseling van verschillende staten en dynastieën. Perioden van eenheid wisselden zich af met perioden waarin verschillende staten elkaar bevochten. China veranderde in deze tijd aanzienlijk: het ontwikkelde eerder dan Europa een vroegmoderne samenleving. China ontwikkelde een bureaucratie gebaseerd op merites van het individu, een in hoge mate gemonetariseerde economie, en een samenleving waarin religies onderling versmolten of vreedzaam naast elkaar bestonden. Er werden technologische en wetenschappelijke ontdekkingen gedaan zoals het buskruit, het kompas, de klok, en de drukkunst, die zich later over de rest van de wereld verspreidden.

De modernisering zoals die in Europa ontwikkelde werd in de loop van de 19e eeuw door het Europese imperialisme aan China opgedrongen. De Chinezen namen veel van de ideeën, die soms haaks stonden op traditionele Chinese waarden, gretig over. Tegelijk verzetten zij zich echter tegen Europese militaire agressie en handelsverdragen. Nationalisme en roep om hervorming leidden tot het einde van de Qing-dynastie in 1912, toen Sun Yat-sen de Republiek China stichtte. Ook deze ging echter snel ten onder. China beleefde daarna een burgeroorlog, een militaire invasie door Japan en het uitroepen van de volksrepubliek door Mao Zedong in 1949.

De volksrepubliek beheerst sindsdien het vasteland van China, verreweg het grootste deel van het land. Mao leidde enkele mislukte sociale experimenten die voor hongersnoden en sociale chaos zorgden, waaronder de Grote Sprong Voorwaarts en de Culturele Revolutie. In deze tijd was de volksrepubliek gemeten naar inkomen per hoofd van de bevolking een van de armste gebieden ter wereld. Mao's opvolger Deng Xiaoping stelde de economie voorzichtig meer open. Sindsdien heeft China een verbazende economische groei doorgemaakt, waardoor het inmiddels de op één na grootste economie ter wereld is. Tegelijkertijd ontwikkelde de Republiek China (Taiwan) zich tot een democratie, terwijl Singapore en Hongkong tot de belangrijkste handelssteden van Oost-Azië uitgroeiden. In respectievelijk 1997 en 1999 werden Hongkong (Brits) en Macau (Portugees) aan de volksrepubliek overgedragen. De economische groei ging gepaard met technologische ontwikkeling en grotere politieke macht en invloed in andere delen van de wereld.


Developed by StudentB