Constantijn de Grote

Constantijn de Grote
Kolossale buste van Constantijn in het Chiaramontimuseum (4e eeuw).
Kolossale buste van Constantijn in het Chiaramontimuseum (4e eeuw).
Geboortedatum ca. 273[1][2] of 280[2][3]
Sterfdatum 337
Tijdvak Tetrarchie
Periode 306-337
Voorganger Licinius
Constantius I
Opvolger Constantius II
Octavius (Brittannië?)
Staatsvorm dominaat
Medekeizer Galerius (306-311)
Maximinus II Daia (310-313)
Licinius (308-324)
tegen Valens (316-317)
tegen Martinianus (324)
Persoonlijke gegevens
Naam bij geboorte Constantinus
Naam als keizer Gaius Flavius Valerius Aurelius Constantinus
Bijnaam Magnus
Zoon van Constantius I Chlorus
Helena van Constantinopel
Vader van Crispus (I)
Constantijn II (II)
Constantius II (II)
Constans (II)
Constantina (II)
Helena (II)
Gehuwd met Minervina (gestorven of gescheiden vóór 307)
Fausta
Oom van Julianus Apostata
Licinius II
Hannibalianus
Nepotianus
Romeinse keizers
Portaal  Portaalicoon   Romeinse Rijk
Gouden munt met rechts Constantijn en links Sol Invictus (313)

Flavius Valerius Aurelius Constantinus[4] (Naissus, 27 februari ca. 273[1][2] of 280[3]Ancyrona, 22 mei 337), beter bekend als Constantijn (I) de Grote, was een Romeins keizer. In juli 306 werd hij door zijn troepen uitgeroepen tot imperator en Augustus en vanaf 308 werd hij als zodanig erkend. Door allianties, militaire overwinningen en meevallers ging hij over een steeds groter deel van het Romeinse Rijk regeren, tot hij vanaf 324 alleenheerser werd.

Constantijn is vooral bekend als de eerste Romeinse keizer die het christendom zou hebben aangehangen en die de grondslag legde voor de christelijke fase van het Romeinse Rijk, dat zich verder zou ontwikkelen tot het Byzantijnse Rijk. Door het legendarische 'visioen van Constantijn' in 312, vlak voor de Slag bij de Milvische Brug, zou Constantijn tot het christendom zijn bekeerd. Het mede aan hem toegeschreven edict van Milaan (313) beloofde christenen dat ze hun religie vrij mochten belijden en dat zij herstelbetalingen zouden ontvangen voor geleden schade door christenvervolgingen.[5] Constantijn organiseerde kerkvergaderingen: het Concilie van Arles (314) en Concilie van Nicea (325) en raakte betrokken bij religieuze discussies, waar hij niet voor was opgeleid.[6]

In de moderne tijd wordt Constantijn bij zijn besluiten inzake het christendom een politieke agenda toegedicht, al is onzeker in welke mate dit van invloed was. Men spreekt van de "Konstantinische Wende": de omslag van een groep verschillende, kleine, vervolgde, pacifistische in het Romeinse Rijk verspreide christelijke kerkjes naar een geïnstitutionaliseerde rijkskerk onder centraal gezag. Eén rijk, één keizer, één godsdienst.

Een andere grote daad was de verplaatsing van de keizerlijke residentie naar Byzantion, dat hij zelf Nova Roma noemde, maar later naar hem Constantinopel (Κωνσταντινούπολις Kōnstantinoúpolis, "Stad van Constantijn") werd genoemd. Constantinopel was strategisch gelegen aan een kruispunt van zowel land- als zeeroutes, en dichter bij het economische zwaartepunt van het rijk. In 359 zou het officieel de hoofdstad van het Romeinse Rijk worden.

  1. a b Jona Lendering en Vincent Hunink, Het visioen van Constantijn. Een gebeurtenis die de wereld veranderde, Utrecht, 2018, p. 160
  2. a b c Michael Grant, The emperor Constantine, Londen 1993, p. 15
  3. a b Zijn geboortejaar is omstreden, maar recente encyclopedie-artikels plaatsen zijn geboorte rond 280 (cf. J.F. Matthews – D. MacGillivray Nicol, art. Constantine, in Encyclopedia Britannica. Online edition (2007); U. Mattejiet, art. Konstantin I. (d. Gr.), röm Ks., in Lexikon des Mittelalters 5 (1991), klm. 1372.). Oliver Schmitt pleit voor het jaar 275 (O. Schmitt, Constantin der Große (275–337), Stuttgart – e.a., 2007, pp. 84-85.).
  4. In het Latijn was Constantijns officiële keizerlijke titel IMPERATOR CAESAR FLAVIVS CONSTANTINVS PIVS FELIX INVICTVS AVGVSTVS ("Imperator Caesar Flavius Constantinus, de vrome, de gelukkige, de ongeslagene, Augustus"). Na 312 voegde hij er MAXIMVS ("de grootste") aan toe, en na 325 verving hij invictus ("de ongeslagene") door VICTOR ("de overwinnaar"), daar invictus te veel herinnerde aan Sol Invictus.
  5. Het visioen van Constantijn, pag. 112
  6. Het visioen van Constantijn, pag. 79, 128

Developed by StudentB