Croesus | ||
---|---|---|
17e-eeuwse afbeelding van Croesus
door Claude Vignon | ||
Koning van Lydië | ||
Voorganger | Alyattes II | |
Opvolger | -- | |
Vader | Alyattes II | |
Dynastie | Mermnaden |
Croesus (Oudgrieks: Κροῖσος, Kroisos, Nederlands ook wel Cresus, ca. 595 v.Chr. – ca. 546 v.Chr.)[1] was koning van Lydië van 560 v.Chr. tot 546 v.Chr.[1]
Croesus was de zoon van Alyattes II. Hij volgde toen hij vijfendertig jaar oud was zijn vader op, in 560 v.Chr. Hij begon er onmiddellijk mee de Griekse steden aan de kust te onderwerpen, te beginnen met Efeze. Hij had met al zijn veldtochten succes, al de Aziatische Grieken waren gedwongen hem tribuut te betalen. Tevens voerde Croesus geslagen munten met een gestandaardiseerde waarde als betaalmiddel in.
Deze Croesus is, voor zover men kan nagaan, de eerste Aziaat die de Grieken aan zich onderwierp en hun schatplichtig maakte, of verdragen met de Grieken sloot. Hij gold als de rijkste man ter wereld en gaf kostbare geschenken aan de Griekse tempels en orakels, vooral aan Delphi.
Zijn enorme rijkdom gaf stof tot legenden. Volgens een van die legenden zei de staatsman Solon uit het oude Athene bij een ontmoeting, niet door Croesus' fortuin geïmponeerd: Houd tot iemands dood toe het woord gelukkig in petto, tot op dat moment moet men hem niet gelukkig noemen, maar slechts fortuinlijk.