Een dijk is een door mensen aangelegde langgestrekte verhoogde waterkering, vaak gemaakt van aarde. Hij is bedoeld om het achterliggende land te beschermen tegen schade als gevolg van overstroming door hoogwater. Er zijn verschillende soorten waterkerende dijken met verschillende functies en verschillende bouwwijzen. Naar functie zijn ze grofweg onder te verdelen in zeewaterkerende, rivierwaterkerende en binnenwaterkerende lijnvormige landschapselementen.[1]
In de 1990er jaren vond in Nederland een omslag in denken plaats over de effectiviteit van het indijken van water als bescherming tegen watersnood. Er werd een grootschalig programma opgezet en uitgevoerd waarmee hoogwater in rivieren de ruimte wordt gegeven om veilig weg te stromen, in grotere uiterwaarden, nieuwe nevengeulen en tijdelijke bergingen, onder de naam Ruimte voor de rivier. Ook wordt in plaats van dijkverzwaring gekozen voor beweegbare stormvloedkering, zoals bij Ramspol.[2]
Naast de genoemde primaire beschermingsfunctie van dijken zijn deze in voorkomende gevallen voorzien van wegverharding, zodat ze ook gebruikt kunnen worden als verkeersweg.