43e Formule 1-seizoen (1992) | ||||
---|---|---|---|---|
Volgende: 1993 Vorige: 1991
| ||||
Nigel Mansell, won 9 wedstrijden en werd wereldkampioen
| ||||
Algemene informatie | ||||
Races | 16 | |||
Coureurs | 37 | |||
Constructeurs | 16 | |||
Verdedigend kampioen |
Ayrton Senna (coureurs) McLaren (constructeurs) | |||
Eindstand coureurs | ||||
1e plaats | Nigel Mansell 108 (1e titel) | |||
2e plaats | Riccardo Patrese 56 | |||
3e plaats | Michael Schumacher 53 | |||
Eindstand constructeurs | ||||
1e plaats | Williams 164 (5e titel) | |||
2e plaats | McLaren 99 | |||
3e plaats | Benetton 91 | |||
|
Het Formule 1-seizoen 1992 was het 43ste FIA Formula One World Championship seizoen. Het begon op 1 maart en eindigde op 8 november na zestien races.
Nigel Mansell pakte zijn enige wereldtitel ooit in de Formule 1, na het seizoen vertrok hij naar de Verenigde Staten voor de CART-races. Mansell vestigde het record van 14 polepositions in één seizoen. Dit record werd pas verbroken op 26 november 2011 toen Sebastian Vettel zijn 15e poleposition van het seizoen haalde. Alain Prost nam een jaar rust. Michael Schumacher won zijn eerste Grand Prix. Andrea Moda debuteerde bij de teams. Jan Lammers keerde na een afwezigheid van 10 jaar terug en reed de laatste 2 races van het seizoen voor March. In de loop van het seizoen verdwenen Andrea Moda, Brabham en Fondmetal. Na het seizoen stopte March. Na de Grand Prix van Hongarije verdwijnt de pre-kwalificatie door het gezakte aantal inschrijvingen (30 of minder per race) Alle teams reden met banden geleverd door Goodyear.