Glutathion | ||||
---|---|---|---|---|
Structuurformule en molecuulmodel | ||||
Structuurformule van glutathion
| ||||
Algemeen | ||||
Molecuulformule | C10H17N3O6S | |||
Andere namen | 2-amino-5-[1-(carboxymethylcarbamoyl)-2-mercapto- ethyl]amino-5-oxo-pentanzuur | |||
Molmassa | 307,33 g/mol | |||
CAS-nummer | 70-18-8 | |||
PubChem | 745 | |||
Wikidata | Q116907 | |||
LD50 (muizen) | (oraal)[1] 5000 mg/kg | |||
Fysische eigenschappen | ||||
Aggregatietoestand | vast | |||
Kleur | wit | |||
Smeltpunt | 185–195 °C | |||
Matig oplosbaar in | water | |||
Onoplosbaar in | ethanol | |||
Nutritionele eigenschappen | ||||
Essentieel? | ja | |||
Tenzij anders vermeld zijn standaardomstandigheden gebruikt (298,15 K of 25 °C, 1 bar). | ||||
|
Glutathion (afgekort tot GSH, met de G van glutathion, de SH voor de vrije thiolgroep), ook aangeduid als γ-L-glutamyl-L-cysteinylglycine, is een tripeptide dat is opgebouwd uit de aminozuren cysteïne, glycine en glutaminezuur. Glutathion komt bijna in alle cellen in een hoge concentratie voor en behoort tot de belangrijkste antioxidanten in het lichaam. Tegelijkertijd is de stof een reservevoorraad voor cysteïne.
Hoewel GSH als tripeptide benoemd wordt, is het wel een bijzondere variant: glutaminezuur is met de carboxygroep uit diens zijketen aan cysteïne gekoppeld.
Toen Frederick Gowland Hopkins in 1921 een cysteïnebevattend peptide in gist en dierlijke cellen beschreef en het glutathion noemde, dacht men aanvankelijk dat het om γ-glutamylcysteïne ging. Later rees het vermoeden van de tripeptidestructuur, maar pas in 1935 konden Harington en Mead door GSH volledig te synthetiseren die structuur bevestigen.[2] [3]