Het Kanaal (deels Koninginnegracht genoemd) is een waterweg die Den Haag en Scheveningen verbindt.
Toen Het Kanaal in 1830 gegraven werd, was het de bedoeling dat hij zou worden doorgetrokken tot de Noordzee. De zeehaven is er nooit gekomen, wel een binnenhaven aan het einde van Het Kanaal.
L.C.R. Copes van Cattenburch, sinds 1823 burgemeester van Den Haag, wilde de handel helpen en liet in 1830 een begin maken van de werkzaamheden om Het Kanaal te graven. Financiële en technische problemen legden het werk in 1834 stil, maar in 1852 konden zij hervat worden. In 1862 was Het Kanaal klaar. Mede hierdoor is Scheveningen de belangrijkste haringhaven van Nederland geworden. Scheveningen kreeg pas in 1904 een zeehaven.
Het Kanaal had twee zijarmen: het Schelpengat bij de Neptunusstraat en het Balkengat bij de Seinpoststraat.