Het Prinsenhof (molen)

Het Prinsenhof
Het Prinsenhof tijdens de heropening op 25 april 2009
Het Prinsenhof tijdens de heropening op 25 april 2009
Basisgegevens
Plaats Westzaan
Bouwjaar 1722
Type stellingmolen
Kenmerken achtkante bovenkruier
Vlucht 23,20 m
Functie pelmolen
Bestemming  Het pellen van gerst op vrijwillige basis
Restauraties  1970/1972, 1978, 2007/2009
Huidig gebruik  pelmolenBewerken op Wikidata
Monumentstatus rijksmonumentBewerken op Wikidata
Monumentnummer  40025
Externe link(s) en afbeeldingen
Molendatabase
De Hollandsche Molen
Waaierkast
Waaierkast
Dooieman en ravenswiel
Dooieman en ravenswiel
Portaal  Portaalicoon   Molens

Het Prinsenhof is een pelmolen in het noorden van de plaats Westzaan in de Nederlandse gemeente Zaanstad. De molen staat in het Westzijderveld aan de Weelsloot en is lopend via het Relkepad (achter J.J.Allanstraat 384) te bereiken

De molen werd in 1722 gebouwd en is tot 1899 gebruikt voor het pellen van gerst tot gort. Daarna werden cacaodoppen 20 jaar lang verwerkt. Rond de Eerste Wereldoorlog werd er ook zaagsel tot houtmeel vermalen. De molen is eigendom van de Vereniging De Zaansche Molen sinds 20 juni 1961 en is sinds 1978 na een grote restauratie weer regelmatig (van april t/m september: 2e zaterdag van de maand) als pelmolen in bedrijf. In 2007/2009 onderging de molen een grote restauratie. Op 25 april 2009 is hij feestelijk heropend.

De molen is de enige overgebleven complete pelmolen in Nederland waarbij de molen alleen een pelwerk bezit. Alle andere pelmolens oefenen naast het pellen ook een andere functie uit.

Bij een brand in de avond van 2 januari 2008 ging de hut (molenaarsverblijf) aan de voet van de molen in vlammen op. Door snel ingrijpen van de brandweer kon de molen gespaard blijven. De vermoedelijke oorzaak van de brand is brandstichting. Ter vervanging is een nieuw gebouw neergezet.

De molen heeft een Oudhollands gevlucht. De 23,20 m lange, gelaste roeden zijn verzinkt en bestaan elk uit twee delen, omdat ze anders te groot waren voor het zinkbad. In de askop zijn ze met elkaar verbonden door bouten. Ze zijn in 2008 gemaakt door molenmakersbedrijf Vaags, de binnenroede heeft nummer 185 en de buitenroede 184. De gietijzeren bovenas met nummer 150 stamt uit 1868 en is gegoten door de ijzergieterij D.A. Schrettlen & Co.

De kap van de molen draait op een neutenkruiwerk. Er zijn slechts 16, maar wel zeer grote neuten. De molen wordt gevangen (geremd) met een stutvang, bestaande uit vier vangstukken. De vangbalk ligt tijdens het draaien van de molen op een zogenaamde duim. De vangbalk scharniert in de ezel met een schuif.

Duim

Developed by StudentB