Keerlus

Een Rotterdamse Citadis op de keerlus bij de eindhalte Limbrichthoek (Beverwaard)
Keerlus voor de Arnhemse trolleybuslijn 7 in Rijkerswoerd

Een keerlus is een eindpunt voor trams of (trolley)bussen met één bestuurderscabine (eenrichtingsvoertuigen)[1] in de vorm van een lus.

Ten opzichte van een keerspoor heeft een lus als voordeel dat het keren vlot gaat, maar het nadeel is dat de lus ruimte vraagt. Bij onvoldoende ruimte kan er een draaischijf aangelegd worden. In uitzonderlijke gevallen kruisen de sporen elkaar aan het begin van de lus. Dat was bijvoorbeeld zo te De Panne Esplanade (Kusttram) en naast ziekenhuis Antoniushove in Leidschendam.

Bij het eindpunt Burg, Brücke van de Solinger trolleybuslijn 683 was een draaischijf in gebruik. Ook de kabeltram van San Francisco heeft een draaischijf.

De Wuppertaler Schwebebahn heeft aan beide eindpunten een keerlus. Er bestaan ondergrondse keerlussen, zoals in Brussel in het metrostation Montgomery en in station Palais van de premetro van Charleroi.

In Rotterdam heeft tramlijn 25 in de wijk Schiebroek een grote keerlus die door de hele wijk loopt en tevens alle haltes in deze wijk met elkaar verbindt. Op deze manier keert de tram terwijl hij zijn dienst rijdt.

Sommige goederenspoorlijnen, met name die speciaal zijn aangelegd voor het vervoer van bulkgoed (erts, steenkool en andere delfstoffen) tussen mijn en haven (ertsspoorlijn) zijn voorzien van keerlussen aan de eindpunten. De benodigde ruimte voor de keerlus is op zulke uitgestrekte terreinen gewoonlijk geen bezwaar.

De kanaaltunnel heeft keerlussen voor de autotreinen.

  1. in Amsterdam (lijn 19 en 24) en Den Haag (lijn 2, 9, 11, 16 en 17) wordt een keerlus ook door tweerichtingsvoertuigen gebruikt

Developed by StudentB