Een klomp is houten schoeisel, gemaakt door een stuk hout uit te hollen, over het algemeen met een omhoogstekende neus.[1][2] Een schoen met een houten zool en hak, maar ander materiaal aan de bovenzijde wordt klompschoen genoemd.
Klompen worden sinds de oudheid en vooral vanaf de middeleeuwen in grote delen van Europa gedragen. Klompen maken was vooral een handmatige bezigheid, tot in de loop van de 19e eeuw machines hun intrede deden. Eind jaren vijftig van de 20e eeuw daalde de productie pijlsnel, omdat steeds minder mensen klompen droegen. Vandaag is het ambacht beperkt tot enkele klompenmakers. Andere benamingen voor een klomp zijn holleblok, holsblok, kloef en kloon.
De maat van een klomp wordt weergegeven in centimeters, waarbij de binnenkant met een meetlat afgemeten wordt. Het lopen op klompen vereist een speciale techniek. Mensen die het nog nooit gedaan hebben, kunnen er veel moeite mee hebben en zullen al snel de klompen verliezen. Door de tenen te krommen bij het optillen van de voet wordt de klomp vastgehouden. Mensen die vaak op klompen lopen doen dit onbewust.