De kristallografie is een interdisciplinair vakgebied tussen meerdere natuurwetenschappen dat zich van oudsher bezighoudt met kristallen, kristalgroei, habitus (macroscopische kristalvorm) en andere macroscopische eigenschappen van roosterstructuren. Deze komen voor in kristallijne materialen, zoals metalen, keramiek en mineralen.
Met de voortschrijdende techniek is het aandachtsgebied van de kristallografie verschoven naar het bepalen van de microscopische kristalstructuur, dat wil zeggen de rangschikking van de atomen binnen een gegeven kristallijne vaste stof.
Kristallografische analysemethoden gaan uit van de kenmerkende interactie van straling of deeltjes (röntgen, elektronen of neutronen) met het kristal waaraan deze worden blootgesteld, zodat het kristal kan worden gekarakteriseerd of de eigenschappen kunnen worden bepaald. De meest gebruikte microscopische onderzoekstechniek is de röntgenkristallografie, dit is een type diffractie met röntgenstraling, maar er wordt ook gebruikgemaakt van neutronendiffractie, elektronendiffractie en spectroscopische technieken.