Maritieme geschiedenis van Nederland

Geschiedenis van Nederland

Tijdlijn · Bibliografie


Uitsnede van De 'Gouden Leeuw', het voormalige vlaggenschip van Cornelis Tromp, door Willem van de Velde de Oude.


Portaal  Portaalicoon  Nederland
Portaal  Portaalicoon  Geschiedenis

De maritieme geschiedenis van Nederland beschrijft het ontstaan en de ontwikkeling van de scheepvaart in Nederland vanaf de zestiende eeuw.[1] De voorafgaande periode wordt besproken in Maritieme geschiedenis van de Nederlanden: van de prehistorie tot 1585.

In zeventiende eeuw groeide de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden van een regionale macht uit tot een maritieme grote mogendheid. De bloei van de scheepvaart, met name van de handel op de Oostzee, droegen bij aan het economische en politieke hoogtepunt van de Republiek. Naast de scheepvaart zelf had dit zijn effect op de scheepsbouw en de cartografie waarin het land toonaangevend werd. Al in de zeventiende eeuw begon een verschuiving naar Engeland, dat de dominerende rol over zou nemen. De koopvaardij bleef van belang, maar de politieke rol was er daarna een in de zijlijnen. De kustvaart bleef intact en door de koloniën bleef er ook een netwerk buiten Europa bestaan. Na een trage start zette ook in Nederland de mechanisatie van de scheepvaart in. Door de koloniën met hun preferentiële handelsovereenkomsten kon de lijnvaart in de twintigste eeuw aanvankelijk groeien, maar door toenemende concurrentie werd deze positie steeds meer uitgehold en werd vooral een plek gevonden in niches als zwaar transport.

Onse meeste kracht ende welvaert bestaet by het Imperium maris ende by de buitenlandsche commercien. C.P. Hooft

  1. Deze arbitraire grens volgt Maritieme geschiedenis der Nederlanden, deel 1, dat de val van Antwerpen aangeeft als omslagpunt van de economische en maritieme verschuiving naar het Noorden, terwijl de scheiding duidelijk onomkeerbaar wordt. Het wordt echter niet als scherpe scheiding gezien

Developed by StudentB