Mongools

Mongools
монгол
ᠮᠣᠩᠭᠣᠯ ᠬᠡᠯᠡ
Gesproken in Mongolië, China, Rusland en Kirgizië
Sprekers 5,2 miljoen
Taalfamilie
Varianten
Chalcha-Mongools (Mongolië), Chakhar-Mongools (China)
Dialecten
Chalcha, Chakhar, Khorchin, Kharchin, Baarin, Xilingol, Darkhad, Alasha, Oirat, Boerjatisch
Alfabet Cyrillisch (in Mongolië en Rusland), Mongools (in China en Mongolië)
Officiële status
Officieel in
Taalorganisatie geen
Taalcodes
ISO 639-1 mn
ISO 639-2 mon
ISO 639-3 mon
Portaal  Portaalicoon   Taal
Mongools
Naam (taalvarianten)
Mongools /Mongɣol kele/ ᠮᠣᠨᠭᠭᠣᠯ ᠬᠡᠯᠡ
Mongoolse pinyin ?
Mongools cyrillisch Монгол хэл
IPA (Mongools) [mɔngɔl xɮ]

Het Mongools is de officiële en meest gesproken taal van Mongolië. Het is zowel het meest gesproken als het bekendste lid van de Mongoolse taalfamilie. Het aantal sprekers van alle dialecten bij elkaar bedraagt wellicht 5,2 miljoen, wat de overgrote meerderheid van de inwoners van Mongolië en veel van de etnisch Mongoolse inwoners van de Autonome Regio van Binnen-Mongolië van de Volksrepubliek China omvat.[1] In Mongolië is het Chalcha-dialect (wat momenteel geschreven wordt in zowel Cyrillisch als Mongools schrift en soms in het Latijnse schrift op sociale media) overheersend, terwijl in Binnen-Mongolië de taal dialectisch diverser is en wordt geschreven in het traditionele Mongoolse schrift.

Sommige taalkundigen classificeren verschillende andere Mongoolse talen zoals het Boerjatisch in Oost-Siberië en het Oirat als dialecten van het Mongools, maar deze classificatie is niet in overeenstemming met de huidige internationale standaard. Andere Mongoolse talen zijn het Kalmuks, dat gesproken wordt bij de Kaspische Zee, het Moghol in Afghanistan en een aantal kleinere talen in China.

Het Mongools beschikt over klinkerharmonie en een complexe syllabische structuur voor een Mongoolse taal, die clusters van maximaal drie medeklinkers op een eindlettergreep mogelijk maakt. Het is een typische agglutinerende taal die gebruikmaakt van achtervoegselketens in de verbale en nominale domeinen. Hoewel er een basiswoordvolgorde (subject-object-predicaat) is, is de volgorde van naamwoordgroepen relatief vrij, dus grammaticale rollen worden aangegeven door een systeem van ongeveer acht naamvallen. Er zijn vijf zinsvormen. Werkwoorden worden gemarkeerd om zinsvorm, aspect, werkwoordstijd en epistemische modaliteit/evidentialiteit aan te duiden. Bij het koppelen van zinnen wordt een speciale rol gespeeld door converbs.

Het moderne Mongools is voortgekomen uit het Middelmongools, de taal die in het Mongoolse Rijk van de 13e en 14e eeuw werd gesproken. Tijdens de overgang vond een grote verschuiving plaats in het paradigma van klinkerharmonie, ontwikkelden zich lange klinkers, veranderde het naamvallensysteem lichtjes en werd het werkwoordstelsel geherstructureerd. Het Mongools is verwant aan de uitgestorven Kitan-taal. Er werd aangenomen dat Mongools gerelateerd is aan Turkse, Toengoezische, Koreaanse en Japanse talen, maar deze opvatting wordt nu door een meerderheid van (maar niet alle) vergelijkende taalkundigen als achterhaald beschouwd. Deze talen worden gegroepeerd onder de Altaïsche taalfamilie. In plaats van een gemeenschappelijke genetische oorsprong, stelden Clauson, Doerfer en Shcherbak voor dat Turkse, Mongoolse en Toengoezische talen een Sprachbund vormen.[2] Mongoolse literatuur is goed geattesteerd sinds de 13e eeuw, maar heeft eerdere Mongoolse voorlopers in de literatuur van de Kitan en andere Xianbei-volkeren. De Bugut-inscriptie uit 584 n.chr. en de inscriptie van Hüis Tolgoi uit 604-620 n.chr. lijken de oudste ontdekte substantiële Mongoolse of Para-Mongolische teksten te zijn.

  1. Estimate from Svantesson et al. 2005: 141.
  2. Gerard Clauson (1956). "The case against the Altaic theory". Central Asiatic Journal volume 2, pages 181–187

Developed by StudentB