Oudgrieks Ἀρχαία Ἑλληνική | ||||
---|---|---|---|---|
Gesproken in | Oude Griekenland, Cyprus, westelijk Klein-Azië, Sicilië en andere Griekse kolonies | |||
Sprekers | geen | |||
Uitgestorven in | opgevolgd door Koinè 4e eeuw v.Chr. | |||
Taalfamilie |
| |||
Dialecten | ||||
Alfabet | Grieks alfabet, Lineair B | |||
Taalcodes | ||||
ISO 639-1 | - | |||
ISO 639-2 | grc | |||
ISO 639-3 | gko | |||
|
Oudgrieks, ἡ Ἑλληνικὴ γλῶττα, hē Hellēnikē glōtta, is een verzamelnaam (omdat er geen 'hoofdtaal' was) voor de dialecten die in het oude Griekenland, Ionië en in de Griekse kolonies werden gesproken. Het is de taal met de oudste geschreven bronnen in Europa, er werd al 30 eeuwen geleden in het Grieks geschreven,[1] en de taal van de Oudgriekse literatuur.
Athene was in de klassieke oudheid een belangrijke stad, zeker ook op literair gebied. Daar werd het Attisch gesproken en daarom wordt tegenwoordig op de middelbare school die variant onderwezen.