Oudkerkslavisch

Het begin van het Evangelie volgens Markus in de Codex Zographensis. De tekst is geschreven in het glagolitische alfabet.

Oudkerkslavisch (словѣньскъ ѩзыкъ, slověnĭskŭ językŭ) (ook Oudbulgaars genoemd) is de oudste Slavische schrijftaal. Het Oudkerkslavisch dateert uit de tweede helft van de 9e eeuw en is gebaseerd op het Zuid-Slavische (Bulgaarse of Macedonische) dialect van Thessaloniki. Voor het Oudkerkslavisch werden twee alfabetten gebruikt: het speciaal voor deze taal (door Cyrillus en Methodius) ontworpen glagolitische alfabet en het van het Griekse alfabet afgeleide (oud)cyrillische.

Het Oudkerkslavisch is nauw verbonden met het missiewerk van de uit Thessaloniki afkomstige broers Cyrillus en Methodius en hun leerlingen. Voor hun missie naar het Groot-Moravische Rijk (863) vertaalden ze onder meer de Bijbel in het Slavisch. Als Oudkerkslavisch geldt uitsluitend de taal van teksten die verband houden met dit missiewerk. Kopieën van deze teksten zijn overgeleverd in de vorm van een beperkt aantal handschriften uit de 10e en 11e eeuw.

Het Oudkerkslavisch heeft zich verder ontwikkeld tot het Kerkslavisch, een taal die tot op de dag van vandaag gebruikt wordt als liturgische taal in de verschillende Slavische orthodoxe Kerken. Voor de historische taalkunde is het Oudkerkslavisch van belang omdat het vanwege zijn ouderdom het dichtst in de buurt komt van het Oerslavisch, de gemeenschappelijke voorvader van alle Slavische talen.


Developed by StudentB