Plimsollmerk

Het uitwateringsmerk van een schip dat gebouwd is onder Lloyd's Register toezicht

Een plimsollmerk, ook wel uitwateringsmerk, is een merk op een zeeschip dat aangeeft wat de maximale diepgang (en dus daarmee maximale belading) mag zijn. Hoewel niet direct van invloed op de stabiliteit, geeft een groter vrijboord een groter stabiliteitsbereik en daarmee een grotere veiligheid. Het merk is genoemd naar de Brit Samuel Plimsoll die als lid van het Lagerhuis een fervent voorstander was van de invoering van een uitwateringsmerk om het aantal ongelukken op zee met overbeladen schepen in te dammen. In de binnenvaart kent men het vergelijkbare inzinkingsmerk.

Een schip ondervindt in water een opwaartse kracht gelijk aan het gewicht van de verplaatste vloeistof. De dichtheid (het soortelijk gewicht) van zoet water is lager dan die van zout water. Het water in functie van de temperatuur, de zwevende deeltjes of het zoutgehalte (brak water, zout water) kan een dichtheid hebben die tussen 0,970 tot 1,033 kan liggen. Als een schip 's winters wordt geladen in een Noord-Atlantische zee, zinkt het flink in als het daarna naar tropisch zoet water vaart. Daarmee neemt het veilige vrijboord beduidend af. Om te voorkomen dat het gevaarlijk wordt mag het schip dus niet te ver worden afgeladen.


Developed by StudentB