Deel van een serie artikelen over Filosofie | ||||
---|---|---|---|---|
Vakgebieden | ||||
Cultuurfilosofie · Esthetica · Ethiek · Filosofie van de geest · Geschiedfilosofie · Kennistheorie · Logica · Metafysica · Rechtsfilosofie · Sociale filosofie · Taalfilosofie · Wetenschapsfilosofie | ||||
Westerse filosofie | ||||
Presocratische filosofie · Antieke filosofie · Middeleeuwse filosofie · Renaissance-filosofie · Moderne filosofie · Postmoderne filosofie | ||||
Oosterse filosofie | ||||
Chinese filosofie · Taoïsme · Confucianisme · Indische filosofie · Hindoeïsme · Boeddhisme · Japanse filosofie | ||||
Religieuze filosofie | ||||
Christelijke filosofie · Joodse filosofie · Islamitische filosofie | ||||
|
De presocratische filosofie vormt de beginfase van de westerse filosofie, in de periode 600–400 v.Chr., voor de tijd dat Socrates en zijn volgelingen de filosofie beïnvloedden. Presocratische denkers waren afkomstig uit de Griekse kolonies, met name uit Ionië en Magna Graecia. Ze waren voornamelijk natuurfilosofen, die verklaringen bedachten voor het ontstaan en de werking van het heelal en van natuurprocessen. Daarvoor namen ze afstand van traditionele, religieuze denkbeelden, en speculeerden ze over een grondsubstantie of oerstof, waaruit alles in de kosmos voortkomt, en over principes die dat proces aansturen. In mindere mate richtten zij zich op de wiskunde, astronomie, epistemologie, logica en ethiek.
De presocraten kenden het aristotelische onderscheid tussen mythologische dichters en filosofische prozaschrijvers niet. Ze drukten zich nog mythisch-religieus uit en schreven soms in verzen. Wat hen echter onderscheidt van voorgangers is dat ze streefden naar discussie en theoretische verklaringen die reductionistisch, coherent en systematisch waren. Daarvoor ontwikkelden ze nieuwe, abstracte begrippen. Zodoende gelden ze als protowetenschappers.
Filosofische ideeën verspreidden zich via handelscontacten, en dankzij publieke voordrachten van rondreizende filosofen. De presocratici schreven enkele teksten, maar niet een daarvan is intact overgeleverd. Er bestaan alleen overgebleven losse fragmenten van hun werk, en daarnaast testimonia (getuigenissen) in het werk van latere schrijvers. Sinds de 19e eeuw onderzoeken historici, filosofen en filologen wat de presocratische denkbeelden inhielden, en wat hun betekenis was voor hun filosofische opvolgers in de klassieke oudheid.