De Nederlandse provincies (of verouderd: provinciën) vormen de bestuurslaag tussen de rijksoverheid en de Nederlandse gemeenten. Het Europese deel van Nederland is verdeeld in twaalf provincies die elk hun eigen volksvertegenwoordiging en bestuur hebben. Deze provincies zijn weer onderverdeeld in 342 gemeenten. De provincies hebben specifieke bevoegdheden en taken zoals ruimtelijke ordening, milieubescherming en cultuur. Daarnaast houden ze toezicht op de gemeenten en spelen ze op veel gebieden een coördinerende rol in samenwerking met gemeenten, andere instanties en particuliere organisaties. Op Europees niveau vormen de provincies de Nederlandse NUTS 2-gebieden.