Qianlong | ||
---|---|---|
1711 – 1799 | ||
Keizer van China | ||
Periode | 1735-1796 | |
Voorganger | Yongzheng | |
Opvolger | Jiaqing | |
Vader | Yongzheng | |
Moeder | Xiao Sheng Xian |
Qianlong | ||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Naam (taalvarianten) | ||||||||||||||||||
Vereenvoudigd | 乾隆 | |||||||||||||||||
Traditioneel | 乾隆 | |||||||||||||||||
Pinyin | Qiánlóng | |||||||||||||||||
Wade-Giles | Ch'ien-lung | |||||||||||||||||
|
Qianlong (27 september 1711 – 7 februari 1799) was van 1735 tot 1796 keizer van China. Hij was de vijfde keizer van de Qing-dynastie en de vierde van de dynastie die over China regeerde. Hij trad in februari 1796 af omdat hij uit respect voor zijn grootvader Kangxi, die 61 jaar had geregeerd, niet langer dan hij wilde regeren. Qianlong werd opgevolgd door zijn vijftiende zoon Jiaqing (1760–1820). Feitelijk behield Qianlong tot zijn overlijden in 1799 de werkelijke macht.
Tijdens zijn regeerperiode bereikte het rijk de grootste omvang ooit en nam de bevolking toe van ongeveer 220.000.000 naar 300.000.000 mensen. Qianlong versterkte de positie van het Chinese protectoraat over Tibet en verstevigde de controle over Mongolië dat sinds eind zeventiende eeuw deel uitmaakte van het rijk. Al 2000 jaar waren invasies in China uit het gebied van de noordelijke en westelijke steppen gekomen. Die bedreiging was nu definitief voorbij. Het rijk van Qianlong had een veel meer multi-etnisch karakter dan dat van welke keizer voor hem ook. Qianlong moest dan ook ten opzichte van verschillende bevolkingsgroepen – Mantsjoes, Han-Chinezen, Tibetanen en Mongolen – zijn rol en identiteit op een andere wijze invullen.
In grote delen van China was de gemiddelde levensstandaard tijdens het grootste deel van de periode van Qianlong hoger dan in West-Europa. Dat wordt onder meer afgeleid uit cijfers van consumptie van op zich niet essentiële zaken als bijvoorbeeld suiker dat in China per hoofd van de bevolking aanzienlijk hoger was. Het is echter ook onomstreden dat al in de laatste decennia van zijn periode grote spanningen en duidelijke signalen van falen van het systeem waarneembaar zijn.