Geschiedenis van het Romeinse Rijk |
|
|
|
Voor de stad, zie geschiedenis van Rome |
|
Portaal Romeinse Rijk Portaal Geschiedenis |
Het Romeinse Rijk (Latijn: Imperium Romanum) was van oorsprong een stadstaat op het Italisch schiereiland die zich vanaf de zesde eeuw voor Christus begon uit te breiden en uitgroeide tot een rijk van zo'n zes miljoen vierkante kilometer met 120 miljoen inwoners. Het omvatte op dat moment alle landen rond de Middellandse Zee. Het bereikte zijn grootste omvang onder keizer Trajanus (98 - 117).[1]
De religie was gedurende het grootste deel van het bestaan van het Rijk polytheïstisch, het onofficiële embleem van het rijk was de steenarend (aquila).
Kenmerkend voor het Romeinse Rijk was de grote omvang en de belangrijke rol van steden die onderling verbonden waren door grote rivieren en met verharde wegen, die een snelle verplaatsing van goederen en personen mogelijk maakten, daaronder de legioenen naar de legerplaatsen aan de grenzen. De economie van het Romeinse Rijk was gebaseerd op landbouw, nijverheid, bouw, handel en slavenarbeid, geflankeerd door maatregelen als de zorg voor onderwijs en rechtszekerheid. In de beginperiode werden allerlei volken op gewelddadige wijze onderworpen door middel van zware militaire campagnes en nieuwe grondgebieden veroverd, de zogeheten provincies. Een doorslaggevend moment voor het vestigen van de Romeinse hegemonie in het Middellandse Zeegebied vormden de Punische oorlogen, waarbij de rivaliserende staat Carthago werd uitgeschakeld en de bebouwing van het grondgebied grotendeels verwoest.