Slavenhandel is het kopen en verkopen van mensen om door middel van de handel in deze slaven financieel voordeel te behalen.
Een slavenhandelaar is een persoon die zich andere mensen als persoonlijk bezit toe heeft geëigend via ontvoering of via handel en die deze slaven verder verhandelt. Er zijn vele verschillende vormen van slavernij en slavenhandel. Zowel in sedentaire als nomadische culturen over de hele wereld kwam slavenhandel voor. Slavenhandelaars kochten slaven bij lokale heersers, die vaak krijgsgevangenen, maar niet zelden ook hun eigen burgers aan de handelaars verkochten, of ze gingen op jacht en vingen zelf mensen die vervolgens als slaaf werden beschouwd.
Ten tijde van het Romeinse Rijk was er een levendige handel van slaven uit alle delen van het rijk en de omringende gebieden.
Het woord 'slaven' is afgeleid van het Byzantijns-Griekse Sklaviní (Σκλαβηνοί of Σκλαβινοί) waarmee de Slavische volkeren aangeduid werden. Als Saqaliba (Arabisch: صقالبة, Siqlabi) werden deze gedurende de Middeleeuwen in de islamitische wereld (het Midden-Oosten, Noord-Afrika, Sicilië en Spanje) verhandeld.
Door de opkomst van het feodalisme in West-Europa werd de slavernij daar geleidelijk vervangen door de lijfeigenschap. Ook de slavenhandel verdween geleidelijk uit West-Europa. Met het ontstaan van de wereldhandel en de behoefte aan goedkope arbeidskrachten in de koloniën gingen West-Europeanen zich echter opnieuw met slavernij en slavenhandel inlaten door slaven te kopen.