Een sluis is een waterbouwkundig kunstwerk in een waterkering tussen twee waterwegen met een verschillend waterpeil, dat dient om water te keren, maar dat door een beweegbaar mechanisme ook water of schepen kan laten passeren. Voor het doorlaten van schepen wordt soms sluisgeld (een soort belasting) geheven. Om het geld te innen kan de sluiswachter - net als traditioneel bij een brug - een oude klomp aan een hengel neerlaten.
Het woord sluis is afkomstig van het Oud-Franse excluse (later écluse), dat weer uit het Middellatijn exclûse ontstaan is, en wil zeggen: 'wat buitengesloten is'.
De oudste nog in gebruik zijnde sluis in Europa is de Kolksluis Spaarndam.
De grootste sluis ter wereld is anno 2022 de Zeesluis IJmuiden, die net 2 m breder is dan de tot dan toe grootste sluis, de Kieldrechtsluis in de Haven van Antwerpen.
Bij een sluis is haast altijd een brug waarlangs het wegverkeer de overkant kan bereiken. Is er geen brug, dan kunnen voetgangers over de sluisdeur lopen; daarom zijn er brugleuningen op de deur.