Stadsrechten

Houtsnijwerk aan stadhuisgevel te Enkhuizen met tekst van oorkonde waarmee graaf Willem V van Holland de nederzetting in 1356 stadsrechten gaf

Stadsrechten waren in het middeleeuwse Europa bijzondere rechten en privileges die aan een plaats konden worden toegekend door de eigenaar of bezitter van de grond waarop de nederzetting zich bevond. Verlening van deze rechten maakte deel uit van het zogenaamde leenstelsel, waarbij grootgrondbezitters als een vorst of bisschop, een deel van hun eigendomsrechten in bruikleen gaven in ruil voor allerlei verplichtingen en diensten als politieke en militaire steun. Aanvankelijk werd vooral het bezit over een stuk grond in leen gegeven met het recht de grond te bewerken en een deel van de opbrengst te houden, later werden allerlei andere mogelijke rechten verleend. In Europa komen stadsrechten voornamelijk voor in de gebieden waar de Romeinse politieke structuur compleet was weggevaagd na de Grote Volksverhuizing van de late oudheid. In Spanje, Italië en Zuid-Frankrijk is het fenomeen minder duidelijk aanwezig, omdat hier veel steden, weliswaar kleiner, intact bleven.

Over het gebruik van enkelvoud (stadsrecht) of meervoud (stadsrechten) vindt men in de literatuur verschillende opvattingen. Enerzijds kan men betogen dat er geen sprake is van één stadsrecht: aan een nederzetting en haar inwoners konden meerdere rechten worden toegekend zoals marktrecht, tolrecht en het recht om een stadsmuur te bouwen. In een afzonderlijk privilege kon ook het recht op plaatselijke wetgeving (keurrecht) worden verstrekt en het recht om de eigen schout en stadsbestuurders te benoemen. Anderzijds ging het voor de stedelingen uiteindelijk in essentie om het recht van hun stad op eigen regelgeving en eigen rechtspraak. Aan burgers werd het recht verleend hun zaak te bepleiten voor een rechtbank van "gelijken" in plaats van onderworpen te zijn aan het recht van en rechtspraak door de landsheer.

Stadsrechten waren een fase in de ontwikkeling van feitelijke en juridische (bestuurs-)systemen in Europa. Met de afbrokkeling van het feodaal stelsel, versterkt door de Franse revolutie eind 18e eeuw, en het toenemende belang dat werd gehecht aan een centrale (rechts-)staat, kwam er een einde aan de stelsels waar steden eigen rechten hadden op grond van een contract met de grondeigenaar, die van elkaar, en van het omliggende land konden verschillen. Wel kregen gemeentes vaak op grond van nationale wetgeving allemaal het recht eigen regels en verordeningen vast te leggen, een eigen stadsbestuur te kiezen etc.

Er bestonden vergelijkbare rechten in oude culturen, zoals die van Mesopotamië, waar men de kidinnutu kende en van het oude Rome, waar bepaalde inwoners het bestuur mochten kiezen en er aan mochten deelnemen.


Developed by StudentB