Straat van Gibraltar | ||||
---|---|---|---|---|
Locatie | Tussen Marokko en Spanje | |||
Zee | Middellandse Zee | |||
Diepte (max.) | 900 m | |||
Diepte (gem.) | 16 m | |||
Breedte | 14 km | |||
Max. breedte | 44 km | |||
Lengte | 60 km | |||
Foto's | ||||
Satellietfoto
| ||||
|
De Straat van Gibraltar[1] (Spaans: estrecho de Gibraltar, Arabisch: مضيق جبل طارق), is de zee-engte tussen Marokko (Afrika) en Spanje (Europa). De breedte is 14 tot 44 km, de lengte circa 60 km en de grootste diepte 900 m. Deze zee-engte is genoemd naar de rots op het meest zuidoostelijke landpunt, Gibraltar.
De Straat van Gibraltar is tevens het verbindingspunt tussen de Atlantische Oceaan en de Alboránzee, die op zijn beurt weer overgaat in de Middellandse Zee. Vooral om deze reden is het een strategische plek. De Britten hechtten in het verleden veel belang aan het bezit van Gibraltar als militaire basis. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd er een hevige strijd geleverd om Duitse onderzeeboten, die de Straat van Gibraltar poogden te passeren, te detecteren en te vernietigen.[2]
De oude Grieken noemden de engte tussen de beide rotsige kapen de Zuilen van Hercules, die het einde van de wereld markeerden. Voor de Grieken, werd deze straat door de Feniciërs al aangeduid als de Zuilen van Melqart. In de 8e eeuw van onze jaartelling, circa 750, stak de Berber Tarik de straat over vanuit Noord-Afrika. Het Arabische Jebel Tarik (berg van Tarik) werd verbasterd tot 'Gibraltar'.