Een uredinium of uredosorus (meervoud uredinia, respectievelijk uredosori) is een vegetatief voortplantingsorgaan van roesten dat urediniosporen vormt. Het uredinium bestaat uit een tweekernig mycelium (zwamvlok) en is gevormd uit een kiemende aecidiospore of een kiemende urediniospore. In een uredinium komen naast urediniosporen ook parafysen (steriele hyfen) voor. Aan het eind van het groeiseizoen gaan de uredinia over in telia. De code voor uredinia van de determinatiesleutel is II en die voor urediniosporen is IIsp.
Bij de geslachten met de meeste soorten, zoals Puccinia en Uromyces ontwikkelen zich aan weerszijden van de bladeren uredinia gepaard gaande met bladvlekken. Ze kunnen ook op stengels voorkomen, zoals bij zwarte roest. Het zijn veelal kaneelbruine of roestbruine puistjes, die in een vroeg stadium nog bedekt zijn door de epidermis. Maar het kunnen ook geelachtige tot feloranje kussentjes, zoals bij Melamspora en Coleosporium of puistjes zijn, zoals bij Pucciniastrum. Een bijzonder kenmerk zijn de wit kleurende uredinia van het geslacht Milesina, waarvan de waardplanten varens zijn. Sommige soorten, zoals moerasspirearoest (Triphragmium ulmariae), produceren primaire en secundaire uredinia die verschillen in hun macroscopische en microscopische kenmerken.
Bij veel soorten, die geen aecia vormen, zijn er primaire uredinia met spermogonia en secundaire uredinia zonder spermogonia.