De Veda's (Sanskriet: वेद, veda, kennis) zijn de oudste en heiligste composities van het hindoeïsme, opgesteld in vedisch Sanskriet.[1]:xv Zij behoorden tot een mondelinge traditie waarvan een deel na vele eeuwen op schrift is gesteld en onderdeel is geworden van de hindoegeschriften. Een belangrijk deel van de Indiase filosofie en veel van de religieuze sekten die tot het hindoeïsme gerekend worden, zijn gebaseerd op deze teksten.
De canon is onderverdeeld in vier Veda's, de Rigveda, de Atharvaveda, de Yajoerveda en de Samaveda en zijn verder onder te verdelen in Samhita's, Brahmana's, Aranyaka's en Upanishads. Het heeft echter eeuwenlang geduurd voordat deze canon werd vastgelegd. De composities kennen vele auteurs en redacteuren, behorende tot verschillende scholen (charana's) uit ver uiteenliggende gebieden, wat het tot een zeer complex geheel maakt.
Het woord veda is etymologisch verwant aan het werkwoord weten en betekent kennis. De Veda's zijn dan ook meer de gehele beschaving dan slechts een religie en bevatten ook religieuze hymnen, spirituele filosofie, een kosmologie en sociale en rituele voorschriften.
De studie van de Veda's is samen met yajna (offers) en voortplanting een centraal thema van dharma voor een tweemaal-geborene (dvija).
De Veda's worden beschouwd als shruti – wat wordt gehoord – wat wil zeggen dat deze composities niet afkomstig zouden zijn van mensen, maar aan zieners of rsi zijn geopenbaard. Dit in tegenstelling tot de smriti – wat wordt herinnerd – die wel een menselijke auteur hebben. Hindoes kennen daarom aan de Veda's een canonieke waarde toe, ze bevatten eeuwige, universele kennis en zijn geschonken aan de mensheid.