Verdrag betreffende de Europese Unie | ||||
---|---|---|---|---|
De lijvige tekst van het Verdrag van Maastricht op een tentoonstelling in Regensburg. De opengeslagen bladzijde toont de handtekeningen van de gevolmachtigde ministers van België, Denemarken, Duitsland en Griekenland
| ||||
Verkorte titel | Verdrag van Maastricht | |||
Afkorting(en) | EU-Verdrag | |||
Type | beginselverklaring | |||
Rechtsgebied(en) | internationaal recht | |||
Onderwerp(en) | economische, monetaire en politieke samenwerking | |||
Status | in werking | |||
Verdragsgegevens | ||||
Totstandkoming | 11 december 1991 in Maastricht | |||
Ondertekend op | 7 februari 1992 in Maastricht | |||
Ondertekenaars | 12 lidstaten Europese Unie | |||
Inwerkingtreding | 1 november 1993 na ratificatie door 12 lidstaten | |||
Verdragrelaties | ||||
Amendeert | Verdrag van Rome (1957) | |||
Geamendeerd door | — Verdrag van Amsterdam (1997) | |||
— Verdrag van Nice (2001) | ||||
— Verdrag van Lissabon (2007) | ||||
Talen | ||||
Authentieke talen | (nl) (en) (fr) (de) (da) (es) (pt) (it) (el) | |||
Lees online | ||||
Verdrag betreffende de Europese Unie | ||||
|
Het Verdrag van Maastricht, officieel het Verdrag betreffende de Europese Unie, kortweg EU-Verdrag, werd op 7 februari 1992 in Maastricht ondertekend door de twaalf lidstaten van de Europese Gemeenschap en diende ter oprichting van de Europese Unie. Met ondertekening van het verdrag gaven de lidstaten expliciet aan het eens te zijn met de in de tekst beschreven mondeling gemaakte afspraken, die staatsrechtelijk verstrekkende verplichtingen inhielden. Essentieel onderdeel van het verdrag was dat partijen op enkele in het verdrag beschreven beleidsterreinen hun staatsrechtelijke soevereiniteit zouden overgedragen aan de Europese Unie. Op deze gebieden kreeg het Europees Parlement wetgevende macht. Andere ingrijpende afspraak was dat partijen er aan zullen meewerken op termijn en in fasen de euro als gezamenlijke munt in te voeren en het monetair beleid in handen van de Centrale Europese Bank te leggen.
Het Verdrag is in werking getreden na ratificatie ervan door alle ondertekenende lidstaten. In de ratificatiefase bedongen Denemarken, Engeland en Ierland nationale uitzonderingen op enkele in het verdrag opgenomen verpichtingen, deze staan bekend als opt-outs. Voor het overige geldt sindsdien in de hele Europese Unie voor alle lidstaten het recht zoals afgesproken in de verschillende verdragen.
Het Verdrag van Maastricht behoort sinds 2018 tot het Europees erfgoed.[1]